De Hoge Raad oordeelt dat gemeenten niet mogen naheffen wanneer wel parkeerbelasting is betaald, maar een verkeerd kenteken voor de geparkeerde auto is ingevoerd.
Datum: 26-02-2016 ECLI: ECLI:NL:HR:2016:316 Editie: 29 februari Instantie:Hoge Raad Rubriek: Belastingen van lagere overheden Uitgavenummer:V-N Vandaag 2016/418 Wetsartikelen: Gemeentewet, 225 , Gemeentewet, 234
De gemeente Amsterdam stelt parkeerders in staat om parkeerbelasting te betalen door kentekenparkeren via een app. Belanghebbende, X, heeft via deze app vijf voertuigen aangemeld voor het kentekenparkeren. Op 7 april 2013 parkeert X met een van deze auto’s, een Honda, op een parkeerplaats in de gemeente Amsterdam, waar voor het parkeren parkeerbelasting is verschuldigd. Via de app meldt zij echter abusievelijk het kenteken van een andere auto aan, te weten een Daihatsu. De Daihatsu stond op hetzelfde tijdstip elders geparkeerd met een geldige parkeervergunning.
De Hoge Raad oordeelt dat gemeenten niet mogen naheffen wanneer wel parkeerbelasting is betaald, maar een verkeerd kenteken voor de geparkeerde auto is ingevoerd. Als zoals in dit geval vaststaat dat de parkeerder de verschuldigde parkeerbelasting heeft betaald, brengt de toepassing van art. 20 AWR mee dat naheffing niet mogelijk is. Dat X niet op de voorschreven wijze aangifte heeft gedaan doordat zij een ander kenteken heeft vermeld dan het kenteken van het geparkeerde voertuig, doet daaraan niet af. De middelen van B en W, die van een andere rechtsopvatting uitgaan, falen derhalve. Het cassatieberoep van B en W is ongegrond.