Rechtbank Gelderland oordeelt dat van belanghebbenden niet kan worden verlangd dat zij een gerechtelijke procedure starten om te proberen de door de Belastingdienst gevraagde inlichtingen en/of inzage in boeken en bescheiden alsnog af te dwingen. 

Datum: 18-11-2014 ECLI: ECLI:NL:RBGEL:2014:7160 Editie: 27 november Instantie:Rechtbank Gelderland Nummer: AWB – 14 _ 1685 Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)rechtUitgavenummer: V-N Vandaag 2014/2387 Wetsartikelen: Algemene wet bestuursrecht, 3:4 ,Algemene wet inzake rijksbelastingen, 47 en 52a

Belanghebbenden zijn de erfgenamen van A die in 2013 is overleden. De Belastingdienst heeft het vermoeden dat in Nederland belasting is ontweken als gevolg van een schenking door A aan een naar Antilliaans recht opgerichte stichting.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat van belanghebbenden niet kan worden verlangd dat zij een gerechtelijke procedure starten om te proberen de door de Belastingdienst gevraagde inlichtingen en/of inzage in boeken en bescheiden alsnog af te dwingen. Een dergelijke uitleg van art. 47 van de AWR zou volgens de rechtbank in strijd komen met het evenredigheidsbeginsel van art. 3:4 van de Awb. De conclusie is dat belanghebbenden een deel van de informatie wel hebben verstrekt en wat betreft de overige informatie alles hebben gedaan wat in redelijkheid van hen kon worden verwacht om de informatie te bemachtigen. Daarbij merkt de rechtbank op dat de zoon van A tweemaal naar Curaçao is afgereisd om de informatie boven water te krijgen. Belanghebbenden hebben voldaan aan de informatieplicht van art. 47 AWR. De rechtbank verklaart het beroep van belanghebbenden gegrond en vernietigt de informatiebeschikking.