HvJ EU, Tweede kamer, 20 juni 2013, nr. C-219/12
(Art. 4 Richtlijn 67/227/EEG (1e RL); art. 17 Richtlijn 77/388/EEG (6e RL)).
Aantekeningen:
– De heer Fuchs verricht een economische activiteit (de productie van electriciteit en.of exploitatie van zonnepanelen die erop is gericht duurzaam opbrengst uit te verkrijgen) in de zin van art. 4, lid 2, Zesde RL en dat hij derhalve belastingplichtige is in de zin van art. 4 lid 1 Zesde RL (thans art 9 lid 1 btw-richtlijn). Uiteraard hoort daar ook btw-aftrek op de aanschaf van de zonnepanelen en andere ‘ondernemingskosten’. Conform constante jurisprudentie van het HvJ EU gaat de btw uit van een ruim ondernemersbegrip.
– Uitwerking in NL: particuliere eigenaren van zonnepanelen, die stroom leveren aan het net, zijn ondernemer voor de btw. Sterker nog, de regelgeving dwingt er toe dat deze personen zich laten registreren als btw-plichtige, aangifte doen en btw voldoen. Een andere route houdt in dat deze personen zich met toepassing van de regeling voor kleine ondernemers van art. 25 Wet OB 1964 laten ontheffen van alle administratieve verplichtingen, niet factureren en geen aangifte doen. De belastingdienst en de Staatssecretaris hebben nog geen standpunt genomen.
Over ebemtueel prive-gebruik van de zonnepanelen zal btw verschuldigd zijn. De heffing van art 4 lid 2 Wet OB1968 dwingt daartoe.