Rechtbank Gelderland oordeelt dat de opstelling van de inspecteur getuigt van een ‘creatief denkproces’ en dat bepaalde door hem gestelde vragen daarom een ‘fishing expedition’ zijn.

Datum: 07-02-2017 ECLI: ECLI:NL:RBGEL:2017:610 Editie: 13 februari Instantie:Rechtbank Gelderland Nummer: AWB – 16 _ 421 Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht ,Inkomstenbelasting Uitgavenummer: V-N Vandaag 2017/306 Wetsartikelen:Algemene wet inzake rijksbelastingen, 47 , Algemene wet inzake rijksbelastingen, 52a

Belanghebbende, de heer X, en zijn broer maken in 2009 gebruik van de inkeerregeling. Volgens de inspecteur werkt X echter onvoldoende mee. Zo zijn er tegenstrijdige verklaringen van X en zijn broer over de vermogensgroei in de periode 1987-1997 en over de herkomst van het vermogen. In geschil zijn de informatiebeschikkingen jegens X die betrekking hebben op 2010, 2011 en 2012.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de opstelling van de inspecteur getuigt van een ‘creatief denkproces’ en dat bepaalde door hem gestelde vragen daarom een ‘fishing expedition’ zijn. Er is namelijk geen concrete aanwijzing dat X over meer vermogen met een buitenlandse oorsprong beschikt dan in zijn IB-aangiften is verwerkt. X geeft echter ten onrechte geen openheid van zaken over een vermeende schenking van zijn vader in 1989. In zoverre zijn de informatiebeschikkingen wel terecht. X wordt in de gelegenheid gesteld om binnen zes weken na het onherroepelijk worden van deze uitspraak hierover alsnog informatie te verstrekken. De beroepen van X zijn deels gegrond.