Hof Arnhem-Leeuwarden, 25 maart 2014, nr. 13/00690

De heffingsambtenaar heeft ter zitting erkend dat X bv in haar aangifte een pleitbaar standpunt heeft ingenomen, dat er van kwade trouw geen sprake is en ten slotte dat er een nieuw feit als bedoeld in art. 16 lid 1 AWR ontbreekt. Het standpunt van de heffingsambtenaar dat desondanks navordering kan plaatsvinden met toepassing van art. 16 lid 2 onderdeel c AWR wordt door het hof verworpen. Indien een belastingplichtige in de aangifte een pleitbaar standpunt inneemt en de aanslag conform het in deze aangifte ingenomen pleitbare standpunt wordt opgelegd, biedt art. 16 lid 2 onderdeel c AWR, ook naar de duidelijke bedoeling van de wetgever, namelijk niet de mogelijkheid tot navordering (Kamerstukken II 2009-2010, 32 129, nr. 8, blz. 50).