2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
Bedrijfsbezoeken 19.000 20.000 31.600
Bedrijfs- en actualiteitsbezoeken 43.200 71.800 61.000 59.400 52.300 44.500

 

 

> Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag
Directoraat-Generaal

Aan de Voorzitter van de    Tweede Kamer der Staten-Generaal                                     Belastingdienst

Postbus 20018                                                                                                           Korte Voorhout 7

2500 EA Den Haag                                   2511 cw Den Haag

Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Ons kenmerk

DGB/2014/5356 U

Datum 29 september 2014

Betreft Vragen van het lid Bashir (SP) over het bericht dat de Belastingdienst
cijfers heeft gemanipuleerd over het aantal boekenonderzoeken
(Ingezonden 25 september 2014)

Uw brief (kenmerk)

2014Z16565

Bijlagen

Geachte voorzitter,

Het lid Bashir (SP) heeft vragen gesteld over het bericht dat de Belastingdienst cijfers heeft gemanipuleerd over het aantal boekenonderzoeken. Bijgaand treft u de antwoorden.

Hoogachtend,

de Staatssecretaris van Financiën,

Eric Wiebes
Pagina 1 van 4

 

2014Z16565
Directoraat-Generaal

Belastingdienst

Vragen van het lid Bashir (SP) aan de staatssecretaris van Financiën over het
bericht dat de Belastingdienst cijfers heeft gemanipuleerd over het aantal
boekenonderzoeken (Ingezonden 25 september 2014)

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht dat de Belastingdienst cijfers over het aantal
boekenonderzoeken heeft gemanipuleerd? 1) Hoelang bent u van de eventuele
manipulatie op de hoogte?

Vraag 2

Hoeveel van de elfduizend extra beloofde boekenonderzoeken hebben
daadwerkelijk plaatsgevonden?

Vraag 4

Acht u het uitgesloten dat er cijfers zijn gemanipuleerd door de Belastingdienst?
Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 5

Bent u het eens met professor Flip de Kam dat hier sprake is van een misleiding
van de Tweede Kamer wanneer bijvoorbeeld voorlichtingsbezoeken worden
gepresenteerd als boekenonderzoeken?

Vraag 6

Valt na te gaan hoeveel en door wie voorlichtingsbezoeken in het systeem achteraf
zijn gewijzigd in boekenonderzoeken?

Vraag 8

Gaat u de uitingen van de klokkenluiders onderzoeken? Zo ja, hoe? Zo nee,
waarom niet?

Antwoord op vragen 1, 2, 4 t/m 6 en 8

Bij de Regeling van Werkzaamheden van donderdag 25 september 2014 heeft uw
Kamer mij verzocht om een brief met een reactie op de uitzending van Zembla
later dezelfde avond. Gelijk met mijn antwoorden op deze vragen heb ik voldaan
aan het verzoek van de Tweede Kamer om een briefte zenden. In mijn brief ben ik
onder andere ingegaan op de opmerkingen die in Zembla zijn gemaakt over de
boekenonderzoeken door de Belastingdienst. Ook heb ik de rapportage van de
Auditdienst Rijk (hierna: ADR) die op verzoek van de Belastingdienst in 2013 heeft
meegekeken bij de registratie van boekenonderzoeken met mijn brief
meegezonden. In mijn brief heb ik het rapport nader toegelicht.

Het onderzoek geeft geen aanleiding te veronderstellen dat er, zoals in de
uitzending werd gesuggereerd, gemanipuleerd wordt met de registratie van de
onderzoeken. Overigens is manipulatie in individuele gevallen nooit uit te sluiten.
Mocht dit zijn voorgekomen dan keur ik dit af.

Vraag 3

Aan welke eisen moet een boekenonderzoek voldoen om zo te mogen worden genoemd? Is bij alle boekenonderzoeken aan deze eisen voldaan?

Ons kenmerk

DGB/2014/5356 U

Pagina 2 van 4

 

Antwoord op vraag 3

De Belastingdienst gebruikt als definitie van boekenonderzoeken: alle contacten
met belastingplichtigen waarbij de administratie wordt getoetst aan werkelijkheid
of norm. Het moet hierbij gaan om een boekenonderzoek op het adres van de
ondernemer of zijn vertegenwoordiger (het zogenoemde ’toezicht buiten’). Zoals ik
in mijn brief aangeef heeft de ADR de registratie van de boekenonderzoeken
onderzocht. In 18 van de onderzochte dossiers bleek niet voldaan te zijn aan de
definitie. Bijvoorbeeld omdat er geen buiten onderzoek was geweest, omdat
bijvoorbeeld de betreffende belastingplichtigen naar het Belastingkantoor waren
gekomen met bewijsstukken. Deze zijn uit het systeem verwijderd. Daarnaast
heeft de Belastingdienst vervolgens ook uit de rest van het systeem
boekenonderzoeken verwijderd met dezelfde kenmerken als de dossiers die de
ADR aantrof.

Vraag 7

Hoeveel voorlichtingsbezoeken hebben er jaarlijks in de periode 2005 t/m 2013
plaatsgevonden? Kloppen de eerder gepresenteerde cijfers zoals die in het debat
op 20 november 2013 over de Belastingdienst aan de orde zijn geweest?

Antwoord op vraag 7

De Belastingdienst verstrekt voorlichting aan belastingplichtige ondernemers
middels korte bedrijfsbezoeken, gericht op het beoordelen van de opzet van de
administratie, om te bevorderen dat ondernemingen voldoen aan hun aangifte- en
betalingsverplichtingen. Het gaat hierbij om bedrijfsgesprekken en
startersbezoeken. Deze bezoeken zijn in rapportages aan uw Kamer over de jaren
2005 tot en met 2007 vermeld onder de noemer ‘bedrijfsbezoek’1 en over de jaren
2008 tot en met 2013 vermeld onder de noemer ‘bedrijfs- en
actualiteitsbezoeken’2 en weergegeven in onderstaande tabel:

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
Bedrijfsbezoeken 19.000 20.000 31.600
Bedrijfs- en actualiteitsbezoeken 43.200 71.800 61.000 59.400 52.300 44.500
Ik zie geen aanleiding om te veronderstellen dat de cijfers uit de 12e halfjaarsrapportage, die voor het debat van 20 november 2013 geagendeerd stonden, onjuist zijn.

Vraag 9

Wat zeggen volgens u de beweringen van klokkenluiders over uw verantwoordelijkheid voor de Belastingdienst?

Antwoord op vraag 9

De uitspraken van de medewerkers waren tweeledig. Een deel van de medewerkers voelen zich onvoldoende gehoord in de organisatie. Een ander deel richtte zich rechtstreeks tot de politiek, omdat zij vinden dat het aan de politiek is de dienst voldoende toe te rusten.

1 Kamerstukken II 2007/08, 31 200 IXB, nr. 19
2 Kamerstukken II 2011/12, 33 000, nr. 24 en Kamerstukken II 2013/14, 31 066, nr. 198
Directoraat-Generaal

Belastingdienst

Ons kenmerk

DGB/2014/5356 U

Pagina 3 van 4

 

Zoals ik in de brief, waar ik hierboven naar verwijs, heb moeten constateren is dat
de sfeer van openheid niet voor elke medewerker in orde is. De vraag is overigens
of dit in een organisatie als de Belastingdienst met een omvang van circa 28.000
medewerkers wel voor iedereen haalbaar is. Dit laat onverlet dat er alles aan
gedaan moet worden om deze sfeer van openheid meer dan maximaal na te
streven. In het verbeterprogramma voor de Belastingdienst heb ik mede daarom
aangegeven dat meer gedaan moet worden om medewerkers op een
laagdrempelige en veilige manier kwetsbaarheden te laten melden.3 Mijn indruk is
dat de medewerkers geen blad voor de mond nemen als het gaat om
aandachtspunten voor de aansturing van de organisatie. Uiteindelijk moeten
medewerkers het gevoel hebben dat zij hun zorgen kunnen uiten in de organisatie
en niet via een televisieprogramma.

Daarnaast ligt er een forse taak voor het kabinet en uw Kamer om door middel van
het vereenvoudigen van wet- en regelgeving ook de uitvoerbaarheid te verbeteren.
Eenvoudiger regelgeving draagt immers ook bij aan een betere handhavingsregie.
Daartoe ben ik ook met mijn brief’Keuzes voor een beter Belastingstelsel’
gekomen.

Vraag 10

Kunt u deze vragen beantwoorden vóór maandag 29 september 2014 om 12.00
uur?

Antwoord op vraag 10

De antwoorden zijn maandag 29 september 2014 beantwoord.

1) http://zembla.incontxt.nl/seizoenen/2014/afleverinaen/25-09- 2014/belastinaambtenaren-belastinadienst-lieat-over-controles