Hoge Raad 16 november 2012, 11/02517, LJN: BY2770
3.4.3. Dienaangaande is van belang dat de stukken van het geding geen andere conclusie toelaten dan dat de gemachtigde van belanghebbende rechtsbijstand heeft verleend op basis van ‘no cure no pay’. In dat kader heeft belanghebbende ermee ingestemd dat het bedrag van een eventueel door de rechter toe te kennen proceskostenvergoeding rechtstreeks aan de gemachtigde wordt uitbetaald.
3.4.4. Aan toekenning van een vergoeding van kosten van beroepsmatig verleende rechtsbijstand staat niet in de weg dat die bijstand is verleend op basis van ‘no cure no pay’ (zie HR 7 oktober 2011, nr. 10/05199, LJN BT6841, BNB 2011/281). Evenmin staat daaraan in de weg dat de belanghebbende ermee heeft ingestemd dat een eventuele proceskostenvergoeding aan de rechtsbijstandverlener wordt uitbetaald.