Hof Den Haag oordeelt dat in fiscale zaken het bestuursorgaan het verslag van een hoorzitting aan de belanghebbende moet toesturen.

Datum: 13-01-2016 ECLI: ECLI:NL:GHDHA:2016:63 Editie: 28 januari Instantie:Hof Den Haag Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht , Waardering onroerende zakenUitgavenummer: V-N Vandaag 2016/199 Wetsartikelen: Algemene wet bestuursrecht, 6:22 ,Algemene wet bestuursrecht, 7:7 , Wet waardering onroerende zaken, 17

Algemene wet bestuursrecht 7:7

Algemene wet bestuursrecht 6:22

Belanghebbende, X, is eigenaar van een rijwoning in de gemeente Binnenmaas. De heffingsambtenaar van deze gemeente heeft X een WOZ-beschikking en aanslag OZB 2013 opgelegd.

Hof Den Haag oordeelt dat in fiscale zaken het bestuursorgaan het verslag van een hoorzitting aan de belanghebbende moet toesturen. Voor rijksbelastingen is dit geregeld in het Besluit Fiscaal Bestuursrecht en het hof ziet geen goede grond hierover bij de heffing van lagere overheden anders te oordelen. In zoverre wijkt het hof af van de lijn van de Afdeling bestuursrechtspraak van de RvS voor algemene bestuurszaken (zie RvS 25 april 2012, ECLI:NL:RVS:2012:BW3903, AB 2012/192). In dit geval is toezending van het hoorverslag achterwege gebleven. Het hof passeert dit verzuim met toepassing van art. 6:22 Awb. Het hof oordeelt verder dat de WOZ-beschikkingen en de aanslagen bevoegd zijn vastgesteld en dat de uitspraken op bezwaar bevoegd zijn genomen. Ook wat betreft de hoogte van de WOZ-waarde is het gelijk aan de heffingsambtenaar. Het hof verklaart het hoger beroep van X dan ook ongegrond.