Rechtbank Overijssel oordeelt dat de heffingsambtenaar uit het uitblijven van een reactie op een hooruitnodiging niet mocht afleiden dat X (stilzwijgend) afstand had gedaan van haar recht te worden gehoord.

Datum: 16-12-2014 ECLI: ECLI:NL:RBOVE:2014:6687 

Belanghebbende, X, is het niet eens met de WOZ-waarde van haar woning. In geschil is of de hoorplicht is geschonden.

Rechtbank Overijssel oordeelt dat de heffingsambtenaar uit het uitblijven van een reactie op een hooruitnodiging niet mocht afleiden dat X (stilzwijgend) afstand had gedaan van haar recht te worden gehoord (HR 15 mei 2009, nr. 08/00437, V-N 2009/24.9). De rechtbank overweegt dat het uitblijven van een reactie binnen de gestelde termijn ook een andere oorzaak of andere reden kon hebben. Bij twijfel over de vraag of X toestemming heeft gegeven om van het horen af te zien, blijft de heffingsambtenaar gehouden X in de gelegenheid te stellen te worden gehoord. Dit kan gebeuren door X daartoe uit te nodigen op een door de heffingsambtenaar vastgesteld tijdstip en vastgestelde plaats. Aan de schending van de hoorplicht kan niet met toepassing van art. 6:22 Awb worden voorbijgegaan nu tussen partijen verschil van mening bestaat over de waardering van de feiten. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en verwijst de zaak terug naar de heffingsambtenaar.